Premie voor vooronderzoek met ingreep in de bodem treedt in werking

Afgelopen voorjaar wijzigde de archeologieregelgeving. Een van de nieuwigheden was toen de premie voor archeologisch vooronderzoek met ingreep in de bodem. Die ondersteunt occasionele bouwheren in de kosten die zij maken voor verplicht archeologisch vooronderzoek. Voor de berekening van de premie was nog een bijkomend ministerieel besluit nodig en dat liep vertraging op. Dat besluit is nu goedgekeurd. De premie treedt in werking vanaf 1 november 2019.
Ben je een occasionele bouwheer en krijg je te maken met de verplichte opmaak van een archeologienota? Dan kan je in bepaalde gevallen rekenen op financiële ondersteuning in de kosten voor het archeologisch vooronderzoek met ingreep in de bodem. Dat is bijvoorbeeld proefsleuvenonderzoek of archeologisch booronderzoek. De kosten voor het vooronderzoek zonder ingreep in de bodem, zoals bureauonderzoek en landschappelijk booronderzoek, blijven voor eigen rekening. De premie geldt voor archeologienota’s en nota’s waarvan de aktename gebeurde na 1 april 2019.
De premie bedraagt 80% van de forfaitair bepaalde kostprijs van het vooronderzoek met ingreep in de bodem. Die forfaitaire berekening gebeurt met een formule die de minister zopas goedkeurde. Aan de hand van een aantal variabelen berekent de formule hoeveel een gemiddeld vooronderzoek met bepaalde kenmerken in normale omstandigheden zou kosten. De erkende archeoloog die het vooronderzoek uitvoerde, kan de juiste getallen bezorgen aan de bouwheer of hem helpen zijn aanvraagformulier in te vullen.
Alle informatie over de premie voor archeologisch vooronderzoek met ingreep in de bodem vind je terug op deze webpagina. Je vindt er naast de algemene informatie ook een beslissingsboom waarmee je kan nagaan of je in aanmerking komt voor de premie, een document met uitleg bij de formule en het ministerieel besluit dat de premie regelt.