Toelatingsplichtige handelingen aan vastgesteld bouwkundig of landschappelijk erfgoed koppelen

Op 1 januari 2023 krijgen erkende onroerenderfgoedgemeenten de bevoegdheid om inventarissen van bouwkundig en landschappelijk erfgoed op hun grondgebied vast te stellen. Aan die vaststelling zijn een reeks generieke rechtsgevolgen gekoppeld. Een erkende onroerenderfgoedgemeente kan daarnaast toelatingsplichten opleggen voor verschillende handelingen. In dat geval neemt de onroerenderfgoedgemeente voor het specifieke onroerende goed de toelatingsplicht op in het vaststellingsbesluit. 

Welke handelingen kunnen toelatingsplichtig gemaakt worden? 

Je kan als erkende onroerenderfgoedgemeente toelatingsplichten koppelen aan volgende handelingen: 

  • het uitvoeren van de volgende werken aan het dak en de buitenmuren van constructies: 
    • het verwijderen, vervangen of wijzigen van dakbedekking en gootconstructies 
    • het wijzigen van de kleur van de afwerkingslagen 
    • het aanbrengen, verwijderen, vervangen of wijzigen van de textuur of samenstelling van de afwerkingslagen, inclusief het verwijderen van voegen en het hervoegen 
    • het aanbrengen, verwijderen, vervangen of wijzigen van buitenschrijnwerken, deuren, ramen, luiken, poorten, inclusief de al dan niet figuratieve beglazing, beslag, hang- en sluitwerk 
    • het aanbrengen, verwijderen, vervangen of wijzigen van aard- en nagelvaste elementen, smeedijzer en beeldhouwwerk, inclusief nieuwe toevoegingen 
  • het fundamenteel en structureel wijzigen van de aanleg van tuinen, parken en begraafplaatsen met erfgoedwaarde
  • het uitvoeren van de volgende handelingen in het interieur: 
    • het verwijderen, vervangen of wijzigen van plafonds, gewelven, vloeren, trappen, binnenschrijnwerk
    • het verwijderen, vervangen of wijzigen van waardevolle interieurdecoratie 

Hoe pak je dat aan? 

In het vaststellingsbesluit bepaal je voor elk van de vastgestelde goederen of er toelatingsplichten gelden, en welke die dan zijn.  

Je brengt de zakelijkrechthouders van die goederen waar toelatingsplichten aan gekoppeld worden, voor de start van het openbaar onderzoek schriftelijk op de hoogte. 

Eens het vaststellingsbesluit getekend is, breng je de eigenaars bovendien op de hoogte van het uiteindelijke besluit.  

Hoe je dat concreet verwerkt in de Inventaris van het Onroerend Erfgoed, zal duidelijk worden in de loop van 2023. Vanaf 1 januari 2023 zetten we volop in op de begeleiding van erkende onroerenderfgoedgemeenten die willen inventariseren, vaststellen en toelatingsplichten koppelen. In nauwe samenwerking met de erkende onroerenderfgoedgemeenten zal een werkgroep opgericht worden om samen te bepalen welke technische en inhoudelijke ondersteuning nodig is om het koppelen van lokale toelatingsplichten mogelijk te maken.  

We houden jullie op deze webpagina op de hoogte. 

Hoe verloopt de toelatingsaanvraag door de eigenaar? 

De eigenaar dient de toelatingsaanvraag schriftelijk in of via het daartoe bestemde digitale loket bij de onroerenderfgoedgemeente. De samenstelling van het dossier is vergelijkbaar met die voor werken aan beschermd erfgoed. Zo bevat ze onder meer een beschrijving van de huidige staat van het goed, een beschrijving en motivering van de geplande handelingen en een vermelding van de vermoedelijke start- en einddatum. Voor schriftelijke aanvragen stelt de erkende gemeente een formulier beschikbaar op haar website. De procedure verloopt als volgt:  

  • Als de aanvraag onvolledig of onduidelijk is, kan je als onroerenderfgoedgemeente de aanvrager binnen de 20 dagen verzoeken om het dossier aan te vullen en daar een termijn voor bepalen. Gebeurt dit niet, dan is de toelating stilzwijgend geweigerd.  
  • Het college van burgemeester en schepenen neemt een beslissing over de toelatingsaanvraag binnen de 30 dagen nadat de volledig aanvraag is ingediend. Blijft een beslissing achterwege, dan geldt een stilzwijgende toelating.  
  • Binnen de 10 dagen na de beslissing brengt de gemeente de aanvrager op de hoogte, schriftelijk of via het digitale loket, en registreert ze de beslissing in een databank van toelatingen en adviezen. 

Wat als de toelatingsplichtige werken ook vergunningsplichtig zijn? 

Het kan gebeuren dat voor de toelatingsplichtige werken ook een omgevingsvergunning nodig is of een vorm van vergunning of ontheffing volgens het Bosdecreet en Natuurdecreet. In die gevallen moet de eigenaar geen afzonderlijke toelating aanvragen voor deze handelingen. De overheid die de aanvraag behandelt, wint dan het advies in van de betrokken erkende onroerenderfgoedgemeente. Is de gemeente zelf vergunningverlener, dan integreert ze uiteraard de toelating in de vergunning. De lokale omgevingsambtenaar kan dan het advies vragen van de gemeentelijke erfgoeddienst of -ambtenaar.  

Wanneer moet de eigenaar geen toelating aanvragen? 

Lokaal vastgestelde goederen zijn soms ook beschermd en de toelatingsplicht uit de vaststelling kan dan overlappen met die uit de bescherming.  

In die gevallen moet de eigenaar enkel de toelating aanvragen die nodig is vanuit de bescherming voor wat betreft de afbakening van het beschermde goed. Hij volgt dan de procedure voor toelatingsplichtige werken bij beschermd erfgoed. Ook deze toelatingen worden behandeld door de erkende onroerenderfgoedgemeente.  

Geldt er een vrijstelling op de toelatingsplicht bij de bescherming, bijvoorbeeld via een goedgekeurd beheersplan, dan geldt die vrijstelling ook voor dezelfde toelatingsplicht bij de lokale vaststelling.  

Wat moet de eigenaar vervolgens doen? 

De eigenaar moet de toegelaten werken uitvoeren zoals hij ze beschreef in zijn aanvraag, rekening houdend met eventuele voorwaarden die de erkende onroerenderfgoedgemeente opnam in de toelating. Als dat zo is opgenomen, moet hij ook de start van de werken melden aan de erkende gemeente. En bovendien moet hij een afschrift van de toelating ter beschikking houden op de plaats van de werken. Die moet de eigenaar starten binnen de twee jaar na het verlenen van de toelating en hij mag ze niet onderbreken gedurende meer dan drie opeenvolgende jaren. Anders vervalt de toelating.